Kunstenaar:
Aletta de Jong

Titel
Residentie in NAIRS

Budget CBK Rotterdam
€ 5700,00

Jaar van toekenning
2018

Soort aanvraag
O&O subsidie

Voor een artist-in-residency bij het Zwitserse kunstcentrum Nairs schreef Aletta de Jong een plan om te onderzoeken hoe ze meer performatieve elementen kan toepassen in haar beroepspraktijk. “Mijn werk gebruikt het verzamelen en verwerken van grondstoffen en mineralen in een specifieke omgeving, als een manier om de historische, huidige en potentiële interactie tussen mensen en hun leefomgeving te onderzoeken. Wat mij meer en meer interesseert is hoe ik acties zoals het verzamelen en het bewerken van de materialen zelf als performatieve actie zou kunnen en willen integreren in mijn werk.” Aanleiding was haar werk Residu 2015 (IPIHAN #4) waar zij in een lege loods resterende substanties in een doek wreef - het resultaat werd getoond maar niet de actie zelf. Bronmateriaal voor de publicatie SEAWEED, die ze in 2017 maakte met Printroom, was het samen met andere mensen verzamelen en bewerken van zeewier.

De Jong is verbonden aan B.a.d en is lid van Stichting Ruralis. In haar werk onderzoekt ze de natuur in de stad, de invloed van mensen op het landschap, en de invloed van het landschap op de mens. Verzamelde kennis en materialen worden verwerkt in tijdelijke installaties. In haar werk Drugstore voor het project Balanceren tussen zoet en zout (de Bewaerschole, Burgh-Haamstede) toonde ze diverse ingrepen met materialen uit het kustgebied aldaar. Tijdens haar werkperiode in Nairs, een voormalig badhuis hoog in de Alpen, zou ze haar blik richten op de interactie tussen water, mineralen en mensen.

Het werden twee vruchtbare maanden in het voorjaar 2019, waarin De Jong verschillende performatieve werken ontwikkelde. Een kalksteen werd gekopieerd met Zeeuwse klei, Zwitsers kleislib goot ze over haar ateliervloer, ze ontwierp een opstelling voor bezoekers om te aanschouwen hoe kalk uit een betonmuur sijpelt, en onzichtbare rondingen uit het oude kuurbad maakte ze zichtbaar met gips. Ze deed er nuttige contacten op maar bovenal kwam ze verder in haar beeldhouwkundige werk, waar het performatieve bijdroeg aan meer balans tussen hand en hoofd.