Interview | Melvin Moti

Tijdens de lockdown werkte Melvin Moti aan voorbereidingen van Psychic Forest, een animatiefilm in de vorm van een musical, waarin dieren de hoofdrol spelen. Ze gedragen zich als mensen, terwijl ze in het bos op zoek zijn naar een ruimer bewustzijn. Moti: In het begin van de coronaperiode kon ik moeilijk inschatten wanneer het mogelijk zou zijn om weer werk te maken. Het idee van een animatie is ingegeven door de beperkingen die tot voor kort golden. Ik wilde een volledig geanimeerde film maken, omdat je als animatiefilmmaker redelijk onafhankelijk kan opereren.

Je film en publicatie getiteld Cosmism in 2016, verscheen naar aanleiding van de aanslag op de Twin Towers in New York. Je vertrok vanuit de theorie van Alexandre Chizhevsky, dat er tijdens zonnevlammen meer rampen en pandemieën opspelen. Zou corona ook in dat beeld passen? 
Moti grinnikt kort: Er bestaan heel veel wilde, suggestieve theorieën over samenhang. Ik wil ze niet allemaal verifiëren. Het is vooral interessant om omslagpunten in de geschiedenis te bekijken, die nog altijd invloed hebben. Ik gebruik zulke theorieën als kader om vanuit een ander oogpunt naar historische processen te kijken. Natuurlijke processen hebben invloed op ons leven, wil Chizhevsky zeggen. Dat zie je nu ook met corona. We staan niet los van de natuur, er is een nauwe relatie. 
 
Ben je als kunstenaar geïnteresseerd in het punt waar het rationele en het irrationele elkaar raken?  
‘Inderdaad. Als we dromen tijdens onze slaap, zijn we eigenlijk compleet gestoord. Waarom maken we onderscheid tussen het dagelijkse bewustzijn en het compleet irrationele van dromen en het onderbewustzijn, vraag ik me af. Die combinatie maakt ons juist menselijk.’ 
 
Je werkt aan een animatiefilm in musicalvorm, met dieren in de hoofdrol. Kijk je naar Disney als inspiratie?  
‘Disneyfilms vertellen een verhaal van begin tot eind, dat doe ik niet. Mijn werk is heel gefragmenteerd, zodat er ruimte is voor interpretatie door de toeschouwer. Mijn film zal experimenteel zijn. Ik heb recent wel een narratieve film gemaakt die tijdens IFFR is getoond, maar dat was een zijspoor. De film werd in bioscoopzalen getoond, maar werkte ook goed in een museale setting, tijdens een solo-expositie in museum De Pont.’ 
 
Psychic Forest is abstract, beeldend en muzikaal. Dieren spelen de hoofdrol, ik maak bijvoorbeeld een animatie met een vleermuis. Dat is een duidelijke verwijzing naar corona. Maar het eigenlijke thema is identiteit: door dierfiguren in te zetten, kunnen aspecten als gender, kleur en representatie niet persoonlijk opgevat worden. Het gaat dan om een universeel proces van identificeren.’ 
 
Bedien je je van digitale of analoge technieken?  
‘Ik werk aan een analoge, bijna ouderwetse animatie. Ik gebruik wel computeranimatie maar slechts ondersteunend. Ik grijp graag terug naar primitieve vormen van technologie. Je kunt iets maken met heel weinig middelen. Je kunt bijvoorbeeld altijd musiceren met analoge instrumenten, waar je ook bent. Het is een manier om iets te delen, om samen te zijn. Als mens zijn we verhalenvertellers. Een filmfestival kun je zien als het moderne equivalent van een kampvuur waar mensen samenkomen om elkaar verhalen te vertellen.’ 
 
Dat doet vermoeden dat je tijdens corona je publiek hebt gemist? 
‘Uiteraard. Je mist gesprekken en een vorm van spontaneïteit in de omgang met anderen. Alles wordt monotoon en dat heeft te maken met het gebrek aan contact. Tegelijkertijd is de pandemie een periode die we nooit meer zullen vergeten in ons leven.’ 
 
Wat betekende de PPR-bijdrage voor je? 
‘De regeling was heel genereus. Het was heel belangrijk om zelfstandige kunstenaars te ondersteunen tijdens een crisisperiode. Zeker in het begin was de situatie vrij penibel. Inkomen viel weg, de agenda was leeg. Wie zelfstandig is, is kwetsbaar. Het was belangrijk dat er steun uit de culturele hoek kwam, niet alleen vanuit de overheid die een korte tijd zzp’ers ondersteunde. Een regeling specifiek voor beeldend kunstenaar was heel zinvol.’ 
 
Zouden kunstenaars baat hebben bij een regelmatig terugkerende regeling: laagdrempelig, zonder direct resultaat te moeten boeken? 
‘Als je bedoelt dat het experiment daarmee kan worden gefinancierd, dan beaam ik dat. Sinds de crisis van 2008 is er een omslagpunt geweest. Er is systematisch minder ruimte voor het experiment. Corona laat zien dat de wereld maar tot op zekere hoogte maakbaar is. Catastrofes liggen op de loer. Ik vind aandacht voor het irrationele belangrijk. Daardoor ontstaat ruimte voor het onverwachte, zoals bij een experiment kan gebeuren. Experimenteren is onderdeel van een gezonde leefomgeving. De maatschappij zou het experiment moeten omarmen, opdat niet alleen rendabiliteit als kwaliteit wordt gezien.’

Tijdelijke werkbijdrage PPR

Om kunstenaars gedurende de corona lockdowns te helpen hun beroepspraktijk overeind te houden, lanceerde CBK Rotterdam de Tijdelijke Werkbijdrage Productie, Presentatie en Research (PPR) voor beeldend kunstenaars die zijn ingeschreven bij CBK Rotterdam. Verdeeld over twee rondes in 2020 en 2021 ontvingen uiteindelijk bijna tweehonderd kunstenaars een bijdrage. Het resultaat van de tijdelijke werkbijdrage is gebundeld in een publicatie waarin we, samen met enkele kunstenaars, terugblikken en vooruitkijken. Dit is een van de vijftien interviews uit de publicatie.

Tekst: Machteld Leij
Beeld: Psychic Forest, Melvin Moti