De Fair Practice Code: sinds 2017 is er een gedragscode voor iedereen die werkt en onderneemt in de kunst, cultuur en creatieve industrie. Op basis van de waarden solidariteit, diversiteit, vertrouwen en transparantie zijn er afspraken gemaakt voor iedereen in de culturele sector. De code zou onder meer moeten leiden tot gelijke kansen en eerlijke betaling. Hoe staat de sector ervoor?
De Fair Practice Code leent zich goed als beleidsinstrument, ziet Jonna van ’t Hof, legal advisor Beroepsvereniging Beeldend Kunstenaars (BBK). Aan de hand van de afspraken uit de code kan een instituut nagaan hoe ze verantwoord kunnen opereren. Sinds de invoering van de code in 2017 zijn er al belangrijke stappen gemaakt. ‘Zo hebben we gezien dat het normaal begint te worden dat kunstenaars betaald worden’, zegt Van ’t Hof, ‘terwijl dat voorheen bij gesubsidieerde instituten eigenlijk niet gebeurde.’
Toch is dat nog maar het begin, ziet Van ’t Hof. ‘Dat kunstenaars betaald worden is een goede ontwikkeling, maar we zien dat onderhandelingsruimte achterblijft. De richtlijn kunstenaarshonorarium is gebaseerd op het wettelijke minimumloon en wordt gezien als basis van waaruit kunstenaars kunnen onderhandelen. In de praktijk blijkt dat het minimum de norm is geworden, dus daar valt nog wat te winnen. Kunstenaars moeten de onderhandeling durven aangaan en kijken of ze meer waard zijn dan het minimum.’
Als een kunstenaar tegen problemen aanloopt als het gaat om betaling of andere contractvoorwaarden, dan ziet Van ’t Hof weinig praktische toepassing van de Fair Practice Code. ‘Kunstenaars komen bij mij als er al een conflict is ontstaan met een instelling of opdrachtgever. Dan willen ze weten wat hun rechten zijn en hoe ze verder kunnen. Maar juridisch gezien biedt de Fair Practice Code geen handvatten, de code is daarvoor te breed en soms ook te vaag. Gelukkig biedt het Nederlands recht wel vaak uitkomsten.’
Om te voorkomen dat een juridisch adviseur of advocaat verhaal moet gaan halen, raadt Van ’t Hof dan ook aan om vooraf duidelijke afspraken te maken. ‘We zien het vaak misgaan in de communicatie’, legt ze uit. ‘Daarom raad ik kunstenaars aan om het modelcontract en de checklist te gebruiken die je kan vinden op de website van het Kunstenaarshonorarium. Probeer de samenwerking en alle afspraken rond een expositie zo snel mogelijk zo concreet mogelijk te krijgen.’
Kunstenaar als ondernemer
Waar kunstenaars vroeger in vrijheid konden werken dankzij subsidies of uitkeringen, zijn ze tegenwoordig ook ondernemer. De Amsterdamse kunstenaar Su Tomesen heeft door de jaren heen de financiële middelen voor haar projecten bij elkaar kunnen krijgen. Een van die manieren is fondsenwerving. ‘Er gaat veel onbetaalde arbeid zitten in het schrijven van aanvragen’, vertelt ze. ‘Maar dat neem ik als eigen bijdrage op in de begroting, waardoor je die uren toch kan kapitaliseren. Dat neemt alleen niet weg dat ik soms tijdelijk van mijn gespaarde reserves leef.’ Als kunstenaar die veel met anderen samenwerkt, ziet ze namelijk een probleem in de richtlijn voor honoraria. ‘Onlangs heb ik een aanvraag ingediend, waarbij ik voor mezelf niet meer dan 1990 euro per maand in rekening mocht brengen bij fulltime aan het project werken. Op mijn beurt moet ik sommige leden van mijn team wel 500 euro per dag betalen, zoals een soundmixer of color corrector. Dat is toch raar?’
Grafisch kunstenaar, ontwerper, docent en mentor Nicole Martens werkt minder met directe subsidies, maar wel met opdrachtgevers die daar (grotendeels) afhankelijk van zijn en daardoor beperkte budgetten hebben. Broodklussen maken andere inhoudelijk en artistiek interessante projecten mogelijk. In de loop van haar carrière heeft ze hier een goede balans in weten te vinden. ‘Hier ben ik ook eerlijk over naar studenten’, zegt ze, ‘zodat ze minder met verkeerde verwachtingen beginnen aan hun carrière.’
Het is essentieel voor kunstenaars en autonome grafische ontwerpers om de eigen waarde te kennen, vindt Martens. ‘Dat versterkt je werk en positie’, legt ze uit. ‘Als je in opdracht van bedrijven werkt, dan is het heel normaal om te onderhandelen, maar in de culturele sector wordt het raar gevonden. Je mag bijna blij zijn als je iets mag maken. Toch is het vaak een recept voor ellende als een opdrachtgever iets voor steeds minder wil. Ik ben zelfverzekerd genoeg om nee te zeggen als ik het me kan veroorloven. Dat was niet het geval tijdens mijn herstel van long-covid. En ook als je jong bent, en net begonnen, dan pak je alles aan om portfolio, zichtbaarheid en credibility op te bouwen. Een ongezond systeem, dat zo lastig te veranderen is.’
Eerlijke opdrachtgevers
De Fair Practice Code heeft ervoor gezorgd dat ze bij de Rotterdamse kunstinstelling MaMA het helemaal anders zijn gaan doen. ‘MaMA is een platform voor de jongste generatie makers, die tot 2024 ondersteund werd door een grote groep vrijwilligers’, vertelt directeur Judy Rambags. ‘Na de tentoonstelling AKA MaMA in 2022, georganiseerd door een team van vrijwilligers, zagen we dat deze manier van werken te veel van de makers vroeg. Ze staken er heel veel tijd en energie in, zonder er financieel iets voor terug te krijgen, behalve de wettelijke toegestane vrijwilligersvergoeding. We hebben toen onze organisatie onder de loep genomen en zijn gestopt met het werken op vrijwilligersbasis. Iedereen die nu op projectbasis werk verricht voor MaMA krijgt een freelance tarief betaald volgens de richtlijnen van De Zaak Nu.’ Rambags erkent dat deze nieuwe aanpak de ruimte voor jonge makers om ervaring op te doen beperkt en de organisatiekosten verhoogt. Toch benadrukt zij dat het belangrijkste is om samen te zorgen voor een goed werkklimaat, met oog voor duurzaamheid. ‘We laten niemand meer voor niets werken, ook niet bij een open call.’
Lieselot van Damme van Kunstpunt Groningen, dat onder meer kunstenaars ondersteunt, vindt dat er op de academie al meer aandacht moet komen voor de zakelijke kant van het kunstenaarschap. ‘Studenten leren te weinig over contracten lezen of onderhandelen, waardoor ze onvoldoende voorbereid de sector in gaan. Ook zie ik dat er onrealistische verwachtingen zijn over hoe een kunstenaarspraktijk eruitziet. Een kunstenaarspraktijk is opgebouwd uit een waaier van activiteiten, van het maken van autonome kunst tot het werken in opdracht, maar ook lesgeven of vormgevingsklussen. Kunstenaars raken teleurgesteld en haken soms af door vooroordelen, zoals dat een solotentoonstelling het hoogst haalbare is en dat je praktijk alleen geslaagd is als je volledig leeft van je autonome werk. Terwijl dat niet realistisch is en tekortdoet aan de veelzijdigheid van het vak.
Van Damme zit met veel verschillende partijen aan tafel, zoals gemeenten en instellingen, en begrijpt hun financiële worsteling. ‘We hebben met zijn allen de verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor onze sector’, legt ze uit. ‘Partijen in de culturele sector moeten eigenlijk continu een lobby voeren om het belang ervan te bewijzen, en daarmee de financiering rond te krijgen. Veel instellingen willen met alle liefde hun kunstenaars goed betalen, en ieder jaar rekening houden met inflatie, maar hoe kunnen ze dat doen als de kosten aan alle kanten stijgen maar de budgetten niet meegroeien?’
Tips voor de kunstenaar
Jonna van ’t Hof, Lieselot van Damme, Su Tomesen en Nicole Martens hebben de volgende tips voor kunstenaars als het gaat om de Fair Practice Code.
- Durf de onderhandeling aan te gaan! Bereid je goed op de onderhandeling voor. Bepaal je ondergrens (bijvoorbeeld het kunstenaarshonorarium) en het bedrag dat je eruit wil halen. Ga daar iets boven zitten in je eerste eis. Bedenk ook hoe je reageert als ze je bedrag te hoog vinden. En vooral, zet de eerste stap in de onderhandeling. Daarmee bepaal jij het gesprek.
- Leer onderhandelen. De BBK heeft voor haar leden een artikel over onderhandelen, maar het volgen van een cursus is nog veel beter. Onderhandelen leer je het beste door te doen. Je kan bijvoorbeeld ook een collega vragen om samen de onderhandeling te oefenen in een rollenspel. Laat je collega dan vooral lekker moeilijk doen. Dan ben je goed voorbereid.
• Verenig je met anderen via een bestaand netwerk, je werkplek/atelier of bevriende kunstenaars. Deel tips en ondersteun elkaar – niet alleen bij de verdieping van je artistieke werk, maar ook bij de randvoorwaarden voor een succesvolle beroepspraktijk. - Blijf jezelf ontwikkelen op zakelijk gebied en kijk of je kunt deelnemen aan een traject met een mentor of een programma om je zakelijke vaardigheden te versterken.
- Schakel professionals inen werk samen met een goede boekhouder, fondsenwerver of coach. Dit zijn waardevolle investeringen die zich terugbetalen.
- Verbreed je netwerk: bezoek openingen, lezingen en evenementen, doe residenties, kijk of je aan de slag kunt bij een instelling voor hedendaagse beeldende kunst en neem deel aan een bestuur, jury of adviescommissie.
- Maak een realistische begroting. Neem het schrijven van aanvragen als eigen bijdrage op in de begroting, waardoor je die uren kapitaliseert.
- Licht de waarde van je werk toe. Met name voor toegepaste kunstenaars in opdracht, maar ook bij directe verkopen, kan het goed zijn de investering ter realisering van een werk toe te lichten, zoals tijd, energie, proces, onderzoek. Dit draagt bij aan waardering, de voorwaarden voor samenwerking en het vaststellen van een realistischer honorarium. Voor jezelf en voor de andere partij.
Dit artikel is tot stand gekomen naar aanleiding van de bijeenkomst ‘Hoe werkt fair practice in de praktijk?’, georganiseerd door Art Office in samenwerking met BBK en WdKA Business Station. Het event vond plaats op 11 maart 2025 bij WdKA in Rotterdam.