Het Goethe Institut Rotterdam gaat medio 2024 sluiten, zo werd onlangs bekend. Een groot verlies voor de Rotterdamse culturele biotoop, vindt CBK Rotterdam-directeur Ove Lucas. De afgelopen jaren hebben veel Rotterdamse kunstenaars in het Goethe Institut gewerkt en geëxposeerd, bijvoorbeeld via de reeks Passages en Goethe Investigating. CBK Rotterdam heeft met veel genoegen in meerdere edities hiervan als partner meegedaan. Deze bijzondere plek voor kunstenaars houdt dus op te bestaan, evenals het uitwisselingsprogramma dat CBK Rotterdam met het Goethe Institut Rotterdam en de stad Dresden hadden. Een groot gemis voor Rotterdam en haar kunstenaars, meent Lucas. Om de onvermijdelijke verdwijning van het Goethe Institut niet zonder slag of stoot voorbij te laten gaan, schreef hij onderstaand opiniestuk voor Vers Beton.
Directeur van het CBK Rotterdam Ove Lucas begrijpt niet waarom het opdoeken van het Goethe Institut Rotterdam haast onopgemerkt gebeurt. Hij vraagt zich af waarom vooral andere culturele instellingen zo gelaten zijn onder de sluiting, en roept op tot het voorkomen ervan.
“Rotterdam, Genua, Triest und Turin – alles wird geschlossen. Europa? Vergessen.” Op 6 oktober verschenen deze woorden van journalist Nils Minkmar in het Feuilleton van de Süddeutsche Zeitung. Het was een cri de coeur nadat het Goethe Institut een week eerder had besloten op korte termijn negen vestigingen te sluiten: Bordeaux, Genua, Lille, Osaka, Triëst, Turijn, Washington, Curitiba en het verbindingsbureau in Straatsburg. Maar er ontbreekt één naam in dit rijtje: Rotterdam!
Bezuinigingen
Het Algemeen Dagblad (AD) meldt op 29 september het onverwachte vertrek van het Goethe Institut uit Rotterdam. “Doodzonde…” en “…betreurenswaardig” noteert de krant, maar het begrip voor de bezuinigingen van het internationale instituut overheerst. Business as usual: door digitale taalcursussen zijn locaties overbodig en dus te duur geworden. Over de gevolgen voor het personeel kan nog niets worden losgelaten, de gesprekken met de medewerkers moeten nu beginnen, aldus het AD.
Het is ongelofelijk dat het bericht over het opdoeken van het Goethe Institut Rotterdam niet tot veel meer commotie leidde in met name de Rotterdamse culturele wereld. In de vijftig jaar (ja, je leest het goed, 50!) dat het Institut een vestiging in Rotterdam heeft, gingen vele kunstinstellingen er verbindingen mee aan. Het Goethe Institut Rotterdam bood een directe weg naar samenwerkingen met belangrijke steden, opmerkelijke kunstinstellingen en gearriveerde en talentvolle kunstenaars uit Duitsland.
Die verbindingen kun je natuurlijk niet bewijzen, maar het feit dat je tegenwoordig zoveel Duitse toeristen, studenten en nieuwkomers in Rotterdam tegenkomt, zal in ieder geval iets met het geëngageerde beleid van het Goethe Institut Rotterdam te maken hebben. Ik kan me nog heel andere tijden herinneren. Zo beschreef Frank Dam in 2018 in zijn publicatie Duitse moeders: Versuch einer Betrachtung (Ad Donker, Rotterdam) dat de problematische relatie tussen Duitsland en Nederland – logisch na de periode ‘40-’45 – zich nog lang voortsleepte en zeer persoonlijke consequenties had.
Nieuwe periode
Mijn eerste ontmoeting met het Goethe Institut Rotterdam aan de ’s-Gravendijkwal was medio jaren ‘80. Het Institut werd naast taalcursussen ook zichtbaar als partner in projecten. De verhuizing van de ’s-Gravendijkwal naar de Westersingel was spectaculair. De wereldwijd bekende Duitse curator Peter Weiermair (1944-2021) werd uitgenodigd om een betekenisvolle tentoonstelling in de nieuwe ruimte aan de Westersingel te maken. André Dekker (Observatorium, toen Goethe Institut) en ik waren destijds de uitvoerders van het project Zeitweiliges Treffen onder leiding van Weiermair: Aktuelle Kunst aus Frankfurt.
De verhuizing markeerde ook een nieuwe periode voor het Goethe Institut Rotterdam. Misschien kwam het doordat de dreiging van sluiting voortdurend aanwezig was (er was immers ook nog altijd een vestiging in Amsterdam aan de Herengracht, wat wil je daartegen doen?), manifesteerde de Rotterdamse vestiging zich als vernieuwend, passend bij het moderne imago van deze stad. Connecties met andere Rotterdamse kunstinstellingen en nieuwe benaderingen van het Rotterdamse publiek (niet per se Duits georiënteerd, zal ik maar zeggen) onder impuls van zeer geëngageerde medewerkers, maakten het Goethe Institut Rotterdam een volwaardige partner in de Rotterdamse culturele biotoop.
Centrum Beeldende Kunst (CBK) Rotterdam heeft via het Goethe Institut ruim tien jaar een prachtige kunstenaarsuitwisseling met Dresden. Daarnaast ondersteunden we elkaar met diverse projecten. Er zijn vele Rotterdamse culturele instellingen die ook een vruchtbare samenwerking met het Institut hebben of hadden. De essentie van deze samenwerking was en is: vertrouwen. Ieder partnerschap met het Goethe Institut Rotterdam betekent een inhoudelijk geschraagde en oprechte samenwerking.
Pijnlijk
Het feit dat ons Goethe Institut wordt gesloten, raakt mij en ik vind het pijnlijk dat de kennisgeving ervan zo weinig teweegbracht. Het doet me denken aan de keren dat de stekker abrupt uit collega-instellingen werd getrokken en wij dat met z’n allen een beetje bleu lieten passeren. Het Goethe Institut Rotterdam ging met vele organisaties diverse verbindingen aan en het zou mooi zijn als zij zich engageren met de toekomst van onze vestiging.
In Franz Kafka’s beroemde Die Verwandlung (De gedaanteverwisseling) ontwaakt hoofdpersoon Gregor Samsa op een dag en ontdekt dat hij die nacht in een insect is veranderd. Het is het begin van zijn onvermijdelijke einde.
Het besluit over de toekomst van ons Goethe Institut ligt helaas elders (in Duitsland bij de Bundestag, bij minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock en minister van Cultuur en Media Claudia Roth) en de kans dat het behouden wordt, is nihil. Toch doe ik hiermee een oproep om de sluiting te verijdelen. Dat is toch de essentie van een cri de coeur?
Foto: De Duitse stad Dresden was het decor van een uitwisselingsprogramma van CBK Rotterdam en het Goethe Institut Rotterdam.